Geschiedenis

Als er in ons Hofkwartier één gebouw is van een voorbij tijdsbeeld, dan is dat misschien wel het gebouw van Berlage aan de Driehoekjes. Gelegen tegenover het oude stadhuis en de Grote Kerk, is het op het eerste gezicht een ouderwets, groot kantoorgebouw. Het is echter behendig ontworpen rondom een schitterend trappenhuis en lichthof.

Als Hagenaars liever niet worden herinnerd aan persoon en koningschap van Lodewijk Napoleon, dan kan men daar begrip voor hebben. Dat geldt des te meer voor de bewoners van het Hofkwartier, wier dagelijks leven immers is verbonden met het Paleis Noordeinde.

In de vroege ochtend komen de eerste bezoekers al naar het kwartier rond het Oude Hof en dit gaat door tot in de late uurtjes. De vroege vogel komt voor een bakkie bij Florencia en de nachtvlinder drinkt nog een glaasje in de kroeg. Vanaf een uur of tien zijn alle winkels en galeries weer geopend en rond de lunch stromen de eettentjes vol.

Het predicaat hof­leverancier mag het Maison de Bonneterie sinds 1901 voeren op voorspraak van koningin Wilhelmina, maar de jonge koning en koningin ziet men hier niet meer. Daarom – en ook omdat u en ik te weinig kopen bij deze fraaie winkel – sluit Maison de Bonneterie aan het eind van dit jaar de deuren. Noordeinde en Hofkwartier verliezen daarmee een trekker en een grande dame.

Tegenwoordig kennen we het Heilige Geesthofje aan de Paviljoensgracht als het oudste hofje van Den Haag. Het hofje vol mooie trapgeveltjes werd gesticht in het jaar 1616. Toch was er tot eind negentiende eeuw een ouder hofje te vinden in Den Haag. Dit was het hofje van Floris van Dam uit 1606 aan de Juffrouw Idastraat, jawel in het Hofkwartier.

‘Er zijn de dingen die we kennen, en er zijn de dingen die we niet kennen, en daar tussenin zitten deuren.’ Dat was de diepere gedachte achter de naam van de rockband ‘The Doors’. Het is ook een gedachte die bij me opkomt tijdens mijn zoektocht naar het verleden van de prachtige oude poort in de Prinsestraat, tussen nummer 73A en 75.

Bij alles wat hij was, was hij vooral een Europeaan. Hij keek over grenzen heen, sprak veel talen, reisde overal heen, was dichter en diplomaat en in alles een netwerker. Directeur Michiel de Ligt raakt niet uitgepraat over Constantijn Huygens. En over zijn zoon Christiaan. Over twee grote Hagenaars. Ze keren komende maand terug in de Grote Kerk. In vol ornaat mag je wel zeggen.

Oude Molstraat, Juffrouw Idastraat, Papestraat, Molenstraat: ‘Wat zorgt iedereen toch fijn voor die panden’ zal de ver­zuchting zijn van menige argeloze bezoeker aan het Hofkwartier. Dat ís ook zo en wat dat betreft staat de buurt er beter bij dan pakweg veertig jaar geleden. En nee, dat ging jammer genoeg niet vanzelf!

Al sinds de vijftiende eeuw is ’t Goude Hooft een van de meest markante gebouwen van het Hofkwartier. Het pand op de Dagelijkse Groenmarkt fungeert als entree voor de achterliggende historische winkelstraten, zeker nu het in 2012 rigoreus is verbouwd. En die verbouwing, die was hard nodig, signaleerden de horecaondernemers René Bogaart en Jan van Asselt.

Zijn prachtige huis in de Surinamestraat staat er gelukkig nog en als je er vandaag langswandelt en omhoogkijkt, zie je op de eerst verdieping de ramen waarachter Louis Couperus Eline Vere heeft geschreven, in de jaren tachtig van de negentiende eeuw. Zijn debuutroman verscheen als feuilleton in het dagblad Het Vaderland en Eline was het gesprek van de dag.

Pagina's

Abonneren op Geschiedenis