Tussen kot en Hofje
Tussen kot en Hofje
Ik groeide op in de Betuwe, tussen knotwilgen, de rivier en de spoorwijk. Vier en een half jaar geleden verhuisde ik naar een studentenhuis in het Bezuidenhout en onlangs maakte ik een uitstap van een half jaar naar Antwerpen voor het volgen van een minor fotografie.
Daar stond mijn kot, zoals een studentenkamer in België wordt genoemd, in de Keizerstraat, midden in het centrum. In die tijd realiseerde ik me pas goed dat ik een echt stadsmens ben. Bij terugkomst naar Den Haag liet ik het Bezuidenhout dan ook voor wat het was, en verhuisde naar het Hofje van Severie. Midden in het centrum. Dit hofje, dat in 1768 is gebouwd, bestaat uit negen kleine huisjes van 3,40 bij 5,80 meter. De verdieping onder het schuine dak heeft dezelfde afmeting. Ooit heeft er nog een keldertje onder het huis gezeten, het privaat en de waterpomp stonden op het erf. Voor gemeenschappelijk gebruik.
’t Gilde, maar ook totzo! Tours organiseren hofjeswandelingen. Vrijwel dagelijks lopen er dan ook groepjes toeristen in het Hofje van Severie rond, zich vergapend aan de historie, de charme en de stilte. Natuurlijk wordt er dan ook altijd even door mijn keukenraam getuurd. Het fijne van het verder zo rustige wonen in dit hofje is dat de entree zich midden in het Hofkwartier bevindt. Tussen galeries en boekenwinkels, tussen koffietentjes en eethuizen, terrasjes en een theater. En nog geen 300 meter verderop ligt ons regeringscentrum. Al met al een droomplek voor een beginnend fotograaf.