Gelukkige olifant
Ik heb er als hofnar natuurlijk niet veel tijd voor, maar af en toe geef ik me er gewoon aan over: dagdromen. Tussen de bedrijven door zal ik maar zeggen. In een vergeten hoekje van haar agenda. Die dagdromen zijn niet alleen voor mijzelf, al kan ik een behoorlijk endje weg fantaseren over reizen bijvoorbeeld waar ik nooit aan toe zal komen. Ik dagdroom ook wel eens voor haar. Heel bescheiden natuurlijk, en zonder dat zij er ook maar iets van merkt.
Ik weet waar ze zich op verheugt. Het is alles wat met kunst te maken heeft. Ik ben er regelmatig bij, op de achtergrond natuurlijk, onzichtbaar in haar gevolg, maar ik weet hoe ze kan genieten. Bij concerten, tussen jonge beeldende kunstenaars, in de opera, in de omgeving van dichters en schrijvers, op tentoonstellingen. Zij kan er enthousiast over vertellen en zij weet er veel van, dat merk ik. Het zijn plekken waar ze zich thuis voelt, als ik dat zo mag zeggen, het meest op haar gemak. Naast haar eigen familie natuurlijk, dat spreekt vanzelf.
Ik merkte dat genoegen weer, toen ik onlangs in haar stoet meewandelde over het schelpenpad van het Lange Voorhout. Zoals ieder jaar aan het begin van de zomer opende zij daar Den Haag Sculptuur. Dit jaar zijn het indrukwekkende sculpturen van kunstenaars uit Zuid-Afrika. Het zijn allemaal beelden met een persoonlijk verhaal. Majesteit nam er alle tijd voor, bij ieder beeld liet ze zich informeren, boog zich iets voorover om beter te kijken en keek glimlachend omhoog naar de grote Afrikaanse olifant, tegenover de Kloosterkerk.
Ik stond op enige afstand, zag haar daar staan en ik had een dagdroom, zomaar, ineens. Als vanzelf stond ze in haar eigen atelier, waar ze werkte aan een beeld. Het licht viel door de grote ramen naar binnen. Ze stond in een ruime schilderskiel aan een lange houten tafel. Met haar mouwen opgestroopt. Ze was in haar element, dat zag je. Uit een blok klei boetseerde ze voorzichtig de eerste vorm. Majesteit deed het behendig en geconcentreerd. Langzaam maar zeker kreeg de klei uit het vierkant de eerste ronding. Af en toe deed ze een stapje naar achteren om het eerste resultaat te bekijken.
In mijn dagdroom was ze zomaar even koningin beeld-houwer. In haar eigen kroondomein. Het maakte me vrolijk haar zo bezig te zien. Er kwam een mooi, sterk beeld onder haar handen te voorschijn. Hij stond er: een kleine donkergrijze olifant. Met zijn slurf vrolijk omhoog. En zijn flaporen in de wind. Het was een gelukkige olifant.