Hofkwartier

Het zou best eens een kastelein in de troepen van Karel de Stoute kunnen zijn geweest die rond 1423 een herberg begon die hij 'In tgulde hoift' noemde.

Voor mij zijn het hoogtijdagen. De dagen waarin we afscheid nemen van de zomer en de herfst naar binnen laten. September is hier binnen de muren van het paleis een feestmaand.

De Bodega, ‘daar lieten Van Krimpen en Van Nijlen hun ijskoude borrels ingetogen door het keelgat glijden, waarbij zij nu en dan enkele bezonnen en rake opmer­kingen ten beste gaven, zonder het waardige rhythme waarin zij met de alcohol verkeerden, ook maar een oogenblik te verstoren, maar daar gulpte Jan de zijne onstuimig neer, omdat zijn opgewekte conversatie hem geen tijd liet tot bezonnen

Voor een fotograaf met een passie voor stad en straatfotografie, het maken van spontane foto’s uit het leven van alledag, is het Hofkwartier één grote inspiratiebron.

Weemoedig zie ik de zomerzon in de zee zakken. Het warme zand, de koele bries, ik moet weer een hele tijd zonder. Onderwijl doet de zomer nog een laatste poging een goede herinnering achter te laten. Of dat lukt, ik weet het niet. Zo zomers was deze zomer niet.

Ga op een gemiddelde zaterdag- of zondagmiddag naar de Paleistuin, en je hoort minstens zoveel Frans, Engels, Spaans en Italiaans om je heen als dat er Nederlands wordt gesproken. Het Hofkwartier, evenals  de aangrenzende Zeeheldenbuurt, heeft kennelijk een duidelijke aantrekkingskracht op expats.

 

Er zijn mensen in het Hofkwartier die hem zich zeker nog zullen herinneren. Aan zijn stem vooral. Nelis. De zingende glazenwasser. Hij zeemde vrolijk de ramen van het Hofkwartier en zong – als een Richard Tauber – de ene aria na de andere. En het liefst wanneer hij een mooi winkelmeisje in het vizier kreeg.

Oud en nieuw, Hagenaars en Hagenezen, zingende glazenwassers en beschonken dichters, oude filosofen en jonge kapsters, eigenheimers en vreemdelingen, je komt ze tegen in deze krant en in het Hofkwartier. Ze horen erbij. Met al hun levens en verhalen. De snelle tijd verandert de buurt en de straat. Maar het is gelukkig geen haastig nieuw voor oud.

Ik heb er als hofnar natuurlijk niet veel tijd voor, maar af en toe geef ik me er gewoon aan over: dagdromen. Tussen de bedrijven door zal ik maar zeggen. In een vergeten hoekje van haar agenda. Die dagdromen zijn niet alleen voor mijzelf, al kan ik een behoorlijk endje weg fantaseren over reizen bijvoorbeeld waar ik nooit aan toe zal komen. Ik dagdroom ook wel eens voor haar.

Ik groeide op in de Betuwe, tussen knotwilgen, de rivier en de spoorwijk. Vier en een half jaar geleden verhuisde ik naar een studentenhuis in het Bezuidenhout en onlangs maakte ik een uitstap van een half jaar naar Antwerpen voor het volgen van een minor fotografie.

Pagina's

Abonneren op Hofkwartier