'Niet zomaar vestje, maar vestje-vestje'
'Niet zomaar vestje, maar vestje-vestje'
Den Haag is een modestad bij uitstek en ook in het Hofkwartier zijn vele modewinkels en zelfs couturiers te vinden. Wij brachten een bezoek aan DAENS, de winkel van Pauline van Geemert, sinds 2001 gevestigd in de Molenstraat.
Toen ik een paar jaar geleden een dagje in Antwerpen was, zag ik opeens een grote winkel met een mij vaag bekende naam. Dries van Noten, las ik. Ik moest even denken waar ik die naam van kende, zoveel wist ik niet van mode. Toen realiseerde ik me dat de naam van deze bekende Vlaamse ontwerper tussen andere grote namen op een etalageraam in onze eigen Molenstraat prijkt. Het drong op dat moment pas goed tot me door wat een bijzondere collectie Pauline van Geemert aanbiedt in haar kleine exclusieve damesmodezaak op nummer 40.
Haar ogen schitteren als ze vertelt over deze, je kunt wel zeggen, hartstocht voor het werk wat ze doet. ‘Nooit gedacht dat ik nog eens een eigen winkel zou beginnen,’ zegt ze. ‘Maar het kwam ervan. Ik heb de modevakschool in Den Haag gedaan en daarna de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst.’ Het zat er al vroeg in. ‘Als tiener spaarde ik mijn kleedgeld een paar maanden op om in ieder geval een mooi kledingstuk te kunnen kopen. De school belde wel eens naar mijn moeder dat ik er maar raar uitzag met het suède jasje van mijn vader en een te groot overhemd daaroverheen. Maar die zat er gelukkig niet mee.’
Pauline begon al vroeg naast haar studie te werken, van het inrichten van etalages tot helpen in verschillende modezaken. Via een stage kwam ze in Antwerpen terecht bij Raf Simons, nu de hoofdontwerper van modehuis Dior. Daar leerde ze de groten van België kennen. De Zes van Antwerpen was in die tijd een begrip. Ze bleef er langer dan gepland en had er een heerlijke en leerzame tijd. Het is alweer ruim tien jaar geleden dat ze met DAENS begon. Er werd haar voorspeld dat het wel drie jaar zou duren voordat ze uit de kosten zou komen. Maar de clientèle wist haar sneller te vinden. ‘Allerlei mensen, van hoogopgeleide vrouwen met goede banen die wel elke drie weken komen, tot studenten, die net als ik vroeger, sparen tot ze hier een mooi kledingstuk kunnen kopen.
Elk stuk dat hier hangt heeft wel iets bijzonders. ‘Daar kan ik zo van genieten. Het vakmanschap, hoe iets in elkaar zit. Niet zomaar vestje, maar vestje-vestje,’ licht Pauline toe, en ze toont me haar collectie van inderdaad bijzondere, maar ook zeer draagbare, ontwerpen en stoffen. Pauline is net terug van de Fashionweek in Parijs. Daar worden alle nieuwe modellen getoond. Na afloop van al die shows rijdt Pauline door heel Parijs naar de bekende ontwerpers om haar bestellingen te doen. Behalve kleding koopt ze dan ook haar schoenen en tassen in. De sieraden die bij DEANS te koop zijn, zijn van het Nederlandse merk GEM Kingdom. Ook hier gaat het Pauline om creativiteit en hoogstaande materialen.
‘Niet te veel want de ruimte hier is beperkt. Ik zou niet anders willen. Ik voel niets voor een grote zaak. Ik vind het veel te leuk alle klanten persoonlijk te helpen. Ik word er zelf blij van als iemand vrolijk en tevreden vertrekt met een aankoop.’ Pauline groeide op in De Hoeksche Waard. ‘In een leuk dorp. Als je melk ging halen, was je een hele tijd bezig al kletsend de straat uit te komen. Opeens realiseert ze zich: ‘Dat is hier precies zo… Het Hofkwartier, het is als een dorp. Met een open karakter. Zoveel aardige mensen. Ik ben gek op deze buurt.’
Of ze zelf zou willen ontwerpen? Voorlopig verkoopt ze liever de kleding van de door haar geliefde modeontwerpers, zoals A.F. Vandevorst, Dries van Noten, Maison Martin Margiela en Lutz. Maar je weet maar nooit…